Repair Cafés en het belang van reparatie in een circulaire economie
In een circulaire economie heeft reparatie van goederen prioriteit boven recycling. Dat laatste kost immers energie, levert vaak producten op van minder waarde en produceert meestal juist extra afval. ‘Helaas is er, óók in de nieuwe circulaire ambachtscentra, nog weinig aandacht voor’, concluderen Martine Postma van Stichting Repair Café International en Rolf Captijn van Stichting Repair Café Lelystad. ‘Reparatie is nog steeds bijna alleen voorbehouden aan de vaak oudere deskundigen van de Repair Cafés, en dat is niet voldoende.’ Volgens hen is er een omslag nodig in de manier van denken over reparatie en hergebruik.
Ooit schreef Martine Postma als journaliste over duurzaamheid en afvalbeperking. ‘Maar ik wilde meer, ik wilde actief bijdragen. Eén van de redenen dat we zoveel weggooien, is dat de professionele reparateur aan het uitsterven is. Daardoor raakt reparatie als mogelijkheid uit ons systeem, terwijl nieuwe producten op allerlei manieren gepromoot worden. Met de oprichting van Repair Café in 2009 wilde ik een tegenbeweging starten.’ En dat is gelukt. Met concept, uitgangspunten en materiaal van Stichting Repair Café International zijn in Nederland inmiddels iets meer dan 500 Repair Cafés opgestart, wereldwijd zo’n 2000 in 36 landen en het aantal neemt nog steeds toe. Repair Café is geen beschermd merk, maar maakt alleen een paar eenvoudige afspraken met mensen die haar materiaal willen gebruiken, er zijn geen regels en verplichtingen. ‘Meer is niet nodig’, zegt Martine. ‘Veel mensen haken graag aan bij een beweging die succes heeft en positiviteit uitstraalt.’
Geen werkplaats maar een ontmoetingsplek
Het concept Repair Café heeft een aantal belangrijke pijlers. ‘Het verminderen van afval en het behouden van reparatiekennis zijn twee ervan. Aan de andere is er ook een sociale functie. Repair Café brengt mensen samen die elkaar anders niet zo snel zouden tegenkomen. De reparateurs zijn vaak oudere mensen die met pensioen, werkloos of gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn. Zij beschikken over waardevolle kennis, die niet altijd benut en gezien wordt. Bij Repair Café groeien ze uit tot de held van de dag: zij kunnen iets wat jij en ik niet kunnen. Door Repair Café zien mensen ook dat “iets doen voor het milieu” niet lastig, ingewikkeld of duur hoeft te zijn, zoals vaak gedacht wordt. Ze ontdekken dat het eenvoudig kan zijn, makkelijk beschikbaar is en ook gezellig. Dat is ook wat ik wilde. Het moest niet een werkplaats worden waar je met veiligheidsschoenen en oorbeschermers naar toe moet, maar een ontmoetingsplek waar je geïnspireerd kunt raken en gewoon mee kunt doen.’
Repair Café en het circulaire ambachtscentrum
‘Reparatie is een cruciaal onderdeel van een circulair ambachtscentrum’, stelt Martine, die als directeur van Stichting Repair Café International samen met het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, Rijkswaterstaat, VNG, BKN en NVRD het kernteam Circulaire Ambachtscentra vormt. Reparatie en hergebruik van het product zoals het bedoeld is, staat na preventie dan ook bovenaan de ladder van Lansink; samen hebben ze de hoogste prioriteit in de afvalhiërarchie. ‘Producten als zodanig hergebruiken, dóórgebruiken eigenlijk, is veel beter dan onderdelen hergebruiken en nog veel beter dan hergebruik van grondstoffen. Daarom zijn de circulaire ambachtscentra in het leven geroepen. Kijk, als je nu met je koffiezetapparaat naar de milieustraat gaat, heb je thuis al besloten dat het afval is. Daarmee is de kans op reparatie en hergebruik al direct verkeken. In een circulair ambachtscentrum wordt bij inname pas besloten wat ermee gaat gebeuren. De aanbieder laat de keuze bij de experts aldaar. Op die manier kun je voorkomen dat een voorwerp dat nog prima hergebruikt kan worden, toch afval wordt.’
Opleidingen voor reparateurs
Op dit moment zijn Repair Cafés één van de weinige plaatsen waar je reparateurs kunt vinden. Daarom worden Repair Cafés ook in veel plannen voor circulaire ambachtscentra genoemd als partner. ‘Maar als die circulaire ambachtscentra echt gaan lopen, heb je daaraan niet genoeg. Repair Café-vrijwilligers komen gemiddeld eenmaal per maand samen en kunnen nooit alle defecte spullen repareren die dagelijks worden ingezameld bij kringloopwinkels en de milieustraat. Dat is ook niet wat zij willen. Daarom moeten we samen met onderwijsinstellingen kijken hoe we meer reparateurs kunnen opleiden. Het is een groot hiaat dat zoiets momenteel nauwelijks gebeurt. We hebben nu nog reparateurs, maar dat zijn veelal zestig- en zeventigplussers. Van hun kennis moeten we gebruik maken bij het opleiden van een nieuwe generatie repairdeskundigen.’
Geen sexy beroep
Het vergt een cultuuromslag. ‘Reparateur is op dit moment niet een beroep dat mensen aanspreekt. Het heeft geen status, is niet sexy. Mensen hebben niet het idee dat je er een goede boterham mee kunt verdienen. Ze bouwen liever een nieuwe robot uit oude onderdelen, dan dat ze binnen de beperkingen van een bestaand apparaat gaan repareren. Ik ga ervan uit dat dat in de toekomst zal veranderen, mits reparatie bij de circulaire ambachtscentra niet wordt vergeten, die hebben wat dat betreft nog een zetje nodig. Het lijkt leuk om van een oud tafelblad een nieuw krukje te maken, maar het is beter dat die oude tafels gewoon als tafels weer verkocht worden, zo niet bij de kringloopwinkel, dan bij de meubelleverancier. Voor een circulaire economie moeten we daarmee aan de slag. Ik zie daar voor ons als stichting met onze kennis en expertise een belangrijke rol in weggelegd.’
Circulair ambachtscentrum Lelystad met aandacht voor reparatie
Stichting Repair Café Lelystad ziet een circulair ambachtscentrum wel zitten. ‘Wij zijn druk bezig met ‘Caleo’, vertelt voorzitter Rolf Captijn. ‘Dat is een afkorting van Circulair Ambachtscentrum Lelystad en omstreken. Caleo is een samenwerkingsverband tussen acht stichtingen uit Lelystad, waarbij iedereen zich in de toekomst desgewenst kan aanmelden. Het werkt eenvoudig maar effectief. Het gaat erom dat vrijwilligers in ploegendienst bij de afvalbrengplaats verblijven en vóórdat de goederen bij het afval verdwijnen mogen uitzoeken wat volgens hen nog waarde heeft. Zorginstanties, kerken en andere non-profitorganisaties kunnen bij ons aanvragen voor bepaalde goederen indienen, en vervolgens worden die door ons op deze manier gratis en wel gerepareerd ter beschikking gesteld. Behalve een kleine ruimte bij de ingang van de afvalbrengplaats krijgen we de beschikking over een klein magazijntje. We zijn nog in overleg over een ruimte waar we meubels en dergelijke kunnen repareren en opknappen. Daarvoor is ons Repair Café veel te klein.’
Zelfstandige stichting
De stichting Repair Café Lelystad heeft een eigen pand van 140 vierkante meter. Wekelijks is er een spreekuur, driemaal per maand op woensdag en eenmaal op zaterdag. Elke vrijdagmiddag is er een computerspreekuur. Rolf is er vanaf het begin, februari 2013, bij betrokken. ‘Repair Café Lelystad was een initiatief van Welzijn Lelystad en Kringloopwinkel De Groene Sluis. In het begin leidden we een soort nomadenbestaan; we gingen elke maand met een autootje vol gereedschap naar verschillende buurthuizen, waar mensen voor reparaties terecht konden. Na een paar jaar zijn we zelfstandig als stichting verder gegaan en op een gegeven moment hebben we om niet een oud winkelpandje van de woningbouwvereniging gekregen. Met behulp van de kringloopwinkel De Groene Sluis hebben we alles ingericht.’
Van alle markten thuis
In totaal 24 vrijwilligers maken Repair Café Lelystad tot een succes. ‘We hebben zeven man in het computerteam, er is een meubelmaker, een televisiespecialist en een fietsenmaker. Vier naaisters zitten wekelijks klaar en we hebben zelfs iemand die zich heeft gespecialiseerd in oude technieken: buizenradio’s, oude televisies en dergelijke.’ Iedereen heeft een sleutel, iedereen komt er op zijn eigen tijd spullen repareren die niet tijdens het spreekuur gerepareerd konden worden. Rolf zelf is er bijna elke dag te vinden. ‘Ik ben gepensioneerd installatiemonteur en doe op reparatiegebied alles, van lassen via solderen tot elektronica. Sinds ik hartpatiënt ben, woon ik in een aanleunwoning bij een verzorgingshuis. Prachtige woning, maar er is verder niet veel te doen. Dus ik ga hier graag heen, alleen al voor de gezelligheid.’
Up to date
Technieken ontwikkelen zich steeds sneller, apparaten veranderen. ‘Wij ontwikkelen mee’, zegt Rolf. ‘Dat zit in onze genen. Wij hebben hier computers staan en zoeken alles op: schema’s, gebruiksaanwijzingen, handleidingen, tekeningen, noem maar op. Bovendien wisselen we met andere Repair Cafés gegevens uit via de RepairMonitor van Stichting Repair Café International.’ Het Repair Café heeft de benodigde apparatuur, het gereedschap en materialen in huis. ‘We krijgen een klein bedrag van de gemeente en de klanten betalen ons drie euro per reparatie. We hebben een goed contact met de plaatselijke kringloop, daar kunnen we uitzoeken wat we nodig hebben en als tegenreparatie repareren wij voor hen computers die ze binnenkrijgen. En verder halen we onderdelen uit niet meer te repareren spullen. De rest gaat naar de stort.’
Middenin de samenleving
Repair Café Lelystad staat middenin de multiculturele Zuiderzeewijk, waar veel behoefte is aan vaardige handjes. ‘Mensen hebben er vaak geen geld om nieuwe spullen aan te schaffen. Die laten graag hun apparaten repareren. Daarnaast hebben we ook een grote sociale functie. We hebben hier een grote tafel, waaraan we normaal gesproken met een man of vijftien kunnen zitten: repareren, koffiedrinken en ondertussen gezellig bijkletsen.’ De sociale functie van het Repair Café gaat verder. ‘Tijdens de coronacrisis hebben we ruim honderd schoolkinderen van computers kunnen voorzien zodat ze thuis lessen kunnen volgen. Die oudere computers waren beschikbaar gesteld door het bedrijfsleven en wij hebben ze opgeknapt.’
Ieder z’n talent
Repair Café Lelystad is een groot succes. ‘Het klinkt misschien arrogant’, zegt Rolf, ‘maar we zijn heel geliefd. Dat komt enerzijds omdat we zulke mooie projecten doen. Anderzijds moet je ervoor zorgen dat je een bevlogen team hebt. Je moet niet alleen op technisch gebied door één deur kunnen, maar ook op sociaal gebied. En verder speel je in op ieder z’n gebruiksaanwijzing. Zo werkt er een jongen vanuit een GGZ-instelling, die niet veel zegt, maar een tovenaar is op computergebied. Hij gaat in een hoekje zitten en krijgt alles voor elkaar als je hem niet teveel lastigvalt. De één kan beter met ingewikkelde klanten omgaan dan de ander, wij letten daar gewoon op. We hebben ook een Syrische monteur, die fungeert als tolk bij Arabische klanten. Op een gegeven moment weet je precies wie wat voor talenten heeft, en wat je hem of haar kan laten doen.’
Kans voor spullen
‘Behalve techneut ben ik een sociaal gevoelsmens’, zegt Rolf. ‘Dat moet je hier ook wel zijn. In mijn leven heb ik wel geleerd om met mensen om te gaan, ik weet wat verdriet is en eenzaamheid. Sinds mijn achttiende schrijf ik gedichten, ik heb er zelfs eentje over het Repair Café geschreven, die hangt hier groot aan de muur. Wat mij betreft gaat het om passie en betrokkenheid.’ Rolf mag dan gepensioneerd zijn, hij heeft zeker wel wensen en toekomstdromen. ‘Ik hoop dat ik Caleo groot zie worden. Ik geloof ontzettend in reparatie en hergebruik. Wat de één weggooit, kan de ander nog goed gebruiken. Ik geef graag spullen die nog mogelijkheden hebben een kans. En dat heeft niets met geld te maken, dat is gewoon mijn idealisme. Als je ziet wat mensen weggooien, word je gewoon gek. Ik moet ook niet naar de stortplaats gaan hoor, dat is heel slecht voor mij. Dan kom ik met van alles terug.’